Creating Conditions for Change
Ways of inhabiting the symbiocene
A quest to train our response-ability and stay with the trouble


In het Praktijkgericht Wetenschappelijk Onderzoek Creating Conditions for Change van LUCA School of Arts gingen we op zoek naar condities voor verandering, voorwaarden die nodig zijn om de transitie naar een rechtvaardige, gezonde en duurzame maatschappij daadwerkelijk te realiseren. Onze zoektocht leidde ons naar een dieperliggende laag: het scheppen van voorwaarden voor verandering vraagt om de creatie van levensversterkende omstandigheden, condities die voor méér leven zorgen, net zoals de natuur werkt. Life creates conditions conducive to life. We verbonden levend systeemdenken, innerlijke ontwikkelingsdoelen en regeneratieve ontwikkeling. We ontdekten het potentieel van het diep luisteren, niet alleen naar mensen, maar ook naar dieren, planten, water en andere meer-dan-menselijke stemmen. Hoe kunnen we écht horen wat deze wereld van ons vraagt? En hoe kunnen we de manier waarop wij de aarde bewonen veranderen?

Het antwoord ligt niet in de zoveelste toolkit over regeneratief of life-centered ontwerpen. Het antwoord is een zoektocht naar beter waarnemen, naar onderzoeken wat we voor waar aannemen, naar diep luisteren, naar vrijmoedig spreken, een autonome stem vinden. Response-ability: handelen vanuit inter-zijn, met zorg voor de ander en de planeet.

Hoe dan? Met introspectieve methodes als meditatie, contemplatie, écriture automatique, journaling. Door systemen te voelen door schone of rake vragen te stellen en zo de belevingswereld van de ander te begrijpen en ontwarren. Door collaboratieve, belichaamde praktijken in te zetten. Door interventies te ontwerpen volgens de principes van de natuur, vanuit het plaatselijke potentieel, zodat systemen zichzelf organiseren richting een bloeiende toekomst. Door de mogelijkheid te creëren om geraakt te worden, resonantie-ervaringen waardoor we veranderen, die ons tot mens maken.

Een respons dus als een manier van zijn-in-de-wereld die wordt gekenmerkt door vitaliteit, dialoog, aanraking en echte ervaringen. Startend vanuit wie we als mens zijn, wij zijn natuur, we zijn verwant - in kinship - met alles wat leeft. In het formuleren van je respons vanuit je autonome stem bepaal je welke transitierol je inneemt in het scheppen van voorwaarden voor verandering: die van verhaler, vertaler, acupuncturist, toekomstdenker, verbeelder, toepasser of ...?

Voor de transitie naar het nieuwe tijdperk van het symbioceen, waar de mens in symbiose met natuur en technologie leeft, hebben we een nieuwe taal nodig. Een taal met werkwoorden en metaforen. Een bezielde taal. Een taal die wacht om opnieuw geboren te worden. Verborgen onder de waan van de dag, de cultuur en de maatschappij, maar nooit vergeten. Nog altijd springlevend bij inheemse volkeren. Een taal die ons helpt de sprong te maken van een machineparadigma naar een procesparadigma. Die ons helpt navigeren in de complexiteit, richting een wereld die altijd in wording is. Een wereld van becoming. Een taal die ons uitnodigt om ook zelf thuis te komen, inheems te worden, één met de plekken die we bewonen zodat we ze met meer zorg en verantwoordelijkheid kunnen doorgeven aan de generaties na ons. Woorden worden werelden.


Duik hieronder in de essentie van het onderzoek, vergezeld door de bronnen die ons de weg wezen.

REGENERATIVE DEVELOPMENT & DESIGN
(Regenesis Group)

Work with whole systems
Work with potential, not problems
Work from the uniqueness of each place
Work with nested systems
Find nodal interventions

Transforming the ways humans inhabit the earth



REGENERATIEVE ONTWIKKELING & ONTWERP
(Leen Gorissen, 2024)

Regeneratieve ontwikkeling & ontwerp is gericht op het actief laten floreren van sociaal-ecologische systemen. Het gaat niet enkel om het behouden of herstellen van wat er is, maar om het co-creëren van vitale, veerkrachtige en levendige systemen waarin mens en natuur in wederkerige relatie staan. Het baseert zich op het denken in levende, geneste systemen, op moderne wetenschappen als oude inheemse en spirituele wijsheden en vertrekt van het potentieel van plaats en van lokale bevolking in een samengaan van uiterlijke ontwikkeling van plaats met innerlijke ontwikkeling van bewoners en dit door te werken op de schaal van lokale gemeenschappen, steden en bioregio's. De mens laat de rol als verstoorder los en wordt een bijdragende soort binnen het grotere geheel van het leven op aarde. We worden weer inheems (becoming), één met de plekken die we bewonen (thuiskomst) zodat we ze met meer zorg en verantwoorlijkheid kunnen doorgeven aan de volgende generaties.


pdf
REGENERATIVE DESIGN
(ARUP, 2024)

Guiding principles: nature-led, systemic, equitable Context: we are nature, recognising indigenous & traditional wisdom
pdf
LEVEND SYSTEEM DENKEN
(Nora Bateson, 2010)

De film An ecology of Mind van Nora Bateson geeft verhalenderwijs het gedachtengoed van levend systeemdenker Gregory Bateson mee.

De grote problemen van de wereld zijn het resultaat van het verschil tussen de manier waarop de natuur werkt en de manier waarop mensen denken" (Gregory Bateson)


WARM DATA LABS
(Nora Bateson)

Nora Bateson ontwikkelde Warm Data Labs, een ervaringsgerichte methode om via ‘warm data’ inzicht in de samenhang tussen elementen binnen een levend systeem te krijgen (in contrast tot ‘koude data’ : feiten en cijfers die los van hun context worden geanalyseerd). De methode biedt een manier om de relationele en contextuele complexiteit van een situatie te ervaren en te doorgronden.

In een Warm Data Lab bewegen deelnemers zich tussen verschillende perspectieven. Dit gebeurt in kleine gespreksgroepen die elk een ander aspect van een thema belichten. Denk aan perspectieven zoals: emotioneel & psychologisch, cultureel & historisch, economisch & sociaal, ecologisch & biologisch. Door voortdurend van perspectief te wisselen, ontstaat een diepere, systemische blik op het vraagstuk. Er is geen ‘juiste’ conclusie, maar een rijkere manier van denken en voelen over complexiteit.
RESPONS-ABILITY
(Marjorieke Glaudemans, 2024)

In Respons-ability onderzoekt conceptueel kunstenaar Marjorieke Glaudemans hoe om te gaan met de complexe systemen die we nota bene zelf creëren?

Respons hangt af van wat je in je blikveld toelaat, van wat je waarneemt en wat je voor waar neemt. Het vormen en geven van respons begint bij waarnemen en is elk moment opnieuw een creatieve daad. Je respons-ability nuanceert als je cirkel van waarneming vergroot en als je introspectie verfijnt.

Iedereen heeft de capaciteit om een autonome stem te ontwikkelen en in te brengen; om voorbij de what’s in it for me? interface van dit tijdsgewricht te kijken en om zich af te vragen wat de wereld van ons nodig heeft, vanuit het verlangen naar een adequate respons op grote vragen van deze tijd; om voorbij de rationele doel-middelmentaliteit (het dominante paradigma) de complexe situaties waar te nemen.

Heldere individuele respons creëert meerstemmigheid. Het gaat om stemmen die in alle bescheidenheid beogen bij te dragen aan het moment en tegelijkertijd aan de opgaven van deze tijd, om deze stemmen kunnen verweven met andere stemmen tot een genuanceerde beweging.

Autonoom spreken en handelen raakt snel ondergesneeuwd door het verlangen naar goedkeuring en de angst voor afwijzing waardoor we makkelijk van de oorspronkelijke intentie afzien en kameleontisch worden, zelfs voor onszelf. Autonomie vraagt werk in het laboratorium van je eigen geest. Autonome respons vormen en geven is niet voorbehouden aan kunstenaars, maar een respons-ability van iedereen, een individuele kunst van het autonoom weerklank geven op wat er speelt, zodat er zich een vitale meerstemmigheid vormt. Autonome weerklank vormen op wat er speelt vraagt om een scherpe zelfreflectie om ‘the pollution of the world within us’ te stoppen. Autonomie is een voortdurend proces, een niet aflatende dynamiek tussen de innerlijke stemmen over de uiterlijke omstandigheden en je onderliggende intentionaliteit.








CONTEMPLATIE en ECRITURE AUTOMATIQUE
(Marjorieke Glaudemans, 2024)

Contemplatie is samen met écriture automatique de techniek waar het boek respons-ability als atelier toe uitnodigt om mee te experimenteren. Contemplatie is geen logische analyse, het is ook niet divergeren in de wetenschap dat je zult convergeren, het is een innerlijk waarnemen op basis van verwondering, voorbij het oordeel. Het is aan je geestesoog voorbij laten glijden wat opdoemt wanneer je je contemplatie richt op een bepaald onderwerp. Het is langzaam verkennen wat je waarneemt over iets, alsof je eromheen loopt en het van alle kanten bekijkt. Het is alert en tegelijkertijd ontspannen stilstaan, stilstaan in verwondering (Verhoeven 1967). Na contemplatie ga je door met écriture automatique (Breton 1919): Plaats je pen of potlood op het papier en schrijf direct op wat er in je opkomt, zonder censuur of ordening. Laat uit je pen vloeien wat zich aandient. Schrijf een aantal minuten door zonder te stoppen. Lees dan terug wat je geschreven hebt en markeer wat tot je spreekt.
INTERBEING
(Thich Nhat Hahn, 2004)

Interzijn of onderling afhankelijk bestaan is een boeddhistisch inzicht van Thich Nhat Hahn dat, net als in systeemdenken, kijkt naar de onderlinge verbanden en relaties van de werkelijkheid. "Een bloem is geen substantiële, aparte entiteit; zij ontstaat als regenwolken, zonneschijn, aarde, wind, ruimte enzovoort op een bepaalde manier samenkomen. Als we leren om alles op deze wijze te bekijken dan zien we in ieder apart ding alles. We zien de zonneschijn in een bloem, we zien de regenwolken in een bloem, we zien de hele kosmos in een bloem. 'Zijn' betekent inter-zijn. Zijn kun je niet zomaar in je eentje. Je moet wel inter-zijn met alle andere dingen. Alles co-existeert. Als je zorgvuldig en diep genoeg ergens naar kijkt, ontdek je het mysterie van inter-zijn.” (Thich Nhat Hahn, 2002). Interzijn is een inzicht, dat bij je binnenkomt door ervaring, niet door intellectuele kennis. (Jan Veenendaal, 2022)

SYSTEEMVERSTRIKKING, ONTSOCIALISEREN en ONTSCHULDIGEN
(Angela Stoof, 2024)

Door opmerkzaam te zijn over hoe we ons laten leiden door oorzakelijkheid in plaats van onderlinge afhankelijkheid is er een mogelijkheid om te bewegen van systeemverstrikking naar systeembewustzijn (Glaudemans, 2024). Als we waarnemen en een respons geven vanuit mutual causality, kunnen we ontsocialiseren, zelf loskomen van de systemen waarin we verstrikt zitten en ontschuldigen, empathie tonen voor de ander die in het systeem nog verstrikt zit in plaats van de schuld te geven. Angela Stoof pleit in haar boek Perspectief (2024) voor contemplatie, net als Marjorieke Glaudemans, om de transitie naar een nieuw systeem of tijdperk te realiseren. Stoof pleit voor een hoopvol handelen die ze voorstelt als een bloembol. Met in het centrum het lege midden, een volgende schil de nodige transitiekwaliteiten als systeemintelligentie, taal en leiderschap, gevolgd door transitiestrategieën om te bewegen richting systeemverandering, de keuze voor een transitierol en het uiteindelijk vertellen van een verhaal waarin we tegelijkertijd ook iets van onszelf laten zien - onze dromen, hoop, geraaktheid.
BELICHAAMDE ERVARING, METHODOLOGISCH PLURALISME
(Haley Fitzpatrick, 2024)

Als changemaker of (systemisch) ontwerper is het belangrijk om methodologisch pluralisme te hanteren, een mix van zowel wetenschappelijk onderbouwd methodes als gecureerde belichaamde ervaringen, vanuit een verscheidenheid van disciplines, als ontwerp en sociale wetenschappen. Methodologisch pluralisme zich richt op het gebruik van epistemisch verschillende en soms tegenstrijdige methoden om meerdere manieren van begrijpen van complexe uitdagingen te ondersteunen. (Midgley et al., 2017) Om te navigeren in de complexiteit is het zinvol om methodes gebaseerd op Westerse en niet-Westerse kennis zoals Oosterse of inheemse kennis te combineren, om ze naast elkaar te laten bestaan als pluralistische mogelijkheden in plaats van als concurrenten met als doel het stimuleren van een groter bewustzijn van onze rol in de systemen waarin we leven. Als ontwerper/changemaker verweef je verschillende methodes van reflexiviteit waardoor je je veronderstellingen, vooroordelen, waarden, positionaliteit en emoties erkent.
TRANSITIESTRATEGIEËN
(Angela Stoof, 2024)

Om het veranderproces van binnenuit te begrijpen, hanteert Stoof een multidisciplinair perspectief en legt ze verschillende theorieën als raster op de werkelijkheid:
-paradigmatheorie: fundamentele verandering vindt plaats wanneer we door een heel ander venster naar de werkelijkheid kijken (kernwoord: paradigmaomslag)
-complexe systeemtheorie: systeemverandering heeft een niet-lineaire structuur; als 25% van de mensen een idee omarmt, kantelt een systeem definitief (kernwoorden: zelf-organisatie, dynamisch evenwicht, vlindereffect, emergentie).
-liminaliteit: een persoonlijk veranderproces (in U-vorm) vindt plaats in een tussenruimte, gekenmerkt door ambiguïteit en desoriëntatie (kernwoorden: liminale ruimte, theory-U)
-spirituele omvorming: verandering is iets wat aan ons gebeurt (kernwoorden: roeping, transcendent)
-morele helderheid: voor verandering maken we onderscheid tussen hoe de wereld is (Ist) en zou moeten zijn (Soll) (kernwoorden: idealen, categorisch imperatief)



TRANSITIEROL

Welke rol neem je op in een veranderproces? Systemic design council ziet transitie als een teamproces en benoemt teamrollen als systeemdenker, connector & convener, leader & storyteller, designer & maker. Angela Stoof verbindt de rollen met transitiestrategieën: pioniers, uitvinders, vertellers, spreidstandkunstenaars (paradigma); koplopers, verbinders, kantelaars (systeem); liminaliteit (gidsen, healers); spirituele omvorming (spirituele leiders); morele helderheid (idealisten, denkers, dromers, dichters, kunstenaars, activisten, wijzen). Systemisch ontwerper Esther Noëth linkt rollen met vaardigheden als toekomstdenker (verbeelding), vertaler (transdisciplinair werken), visualiser, empathiser (diep luisteren), sensemaker (synthetiseren), facilitator (cocreëren), storyteller (vertellen van nieuwe narratieven), gids (procesbegeleider, navigeren in complexiteit). Verandering is nooit een solotocht. Om een systeem te laten kantelen, helpt het om bewust te kiezen welke bijdrage jij levert in het grotere geheel, passend bij jouw talenten. Dat kan zijn als verhaler, vertaler, acupuncturist (gerichte systeeminterventies), toekomstdenker, verbeelder, toepasser, of iets anders dat bij jou past. Elke bijdrage is waardevol, hoe klein ze ook lijkt. Door je bewust te zijn van jouw rol én te oefenen in die rol, draag je bij aan de beweging die nodig is.



RESONANTIE
(Hartmut Rosa, 2022)

Resonantie is voor Hartmut Rosa een manier van in de wereld staan, gekenmerkt door vitaliteit, dialoog, aanraking en echte ervaringen, broodnodig in deze tijd van razende stilstand, waarin versnelde groei nodig lijkt om te behouden wat we hebben. Zoals een viool vraagt resonantie om openheid om geraakt te worden én een eigen stem om te antwoorden. Ze kan niet worden afgedwongen, maar wel gefaciliteerd. Iets resoneert wanneer het betekenis, betrokkenheid en verbinding oproept; wederkerigheid schept: jij verandert het systeem, en het systeem verandert jou; langdurige vitaliteit bevordert boven korte termijn output. Lien De Schepper onderscheidt drie ontwerpassen voor resonantie: horizontaal (verbinding met anderen), verticaal (verbinding met het hogere als kunst, natuur, spiritualiteit), diagonaal (verbinding met het materiële). In transitieontwerp kan resonantie succescriteria verbreden met sociale cohesie, ecologische gezondheid en culturele betekenis; ontwerpen sturen naar intrinsiek gewenste, betekenisvolle oplossingen; verbindingen versterken tussen individu, gemeenschap en ecosysteem, zodat veranderingen zich organisch verspreiden.
ECOLOGIE VAN DE COMMUNICATIE
(Nora Bateson, 2024)

De ecologie van de communicatie verwijst bij Nora Bateson naar het idee dat gesprekken en interacties altijd ingebed zijn in een levend web van relaties. Communicatie is geen geïsoleerd bericht dat van zender naar ontvanger gaat, maar een dynamisch samenspel waarin context, geschiedenis, emoties, cultuur, lichamelijkheid en omgeving meespelen. In een ecologische benadering gaat het er niet om de ander te overtuigen of je eigen gelijk te bevestigen, maar om een ruimte te scheppen waarin beide partijen elkaar mede-vormgeven. Wie jij kunt zijn, hangt af van de aanwezigheid van de ander — en omgekeerd. In die zin is communicatie relationele co-creatie: elke uitwisseling verandert ons subtiel, voegt lagen toe aan wie we zijn, en opent nieuwe mogelijkheden voor betekenis. Bateson wil een shift maken van de vraag “Hoe kan ik een betere persoon worden?” naar: “Wie kun jij zijn als ik bij jou ben? Wie kan ik zijn als jij bij mij bent?” Iedere ontmoeting wordt zo een oefening in mutual learning, waarin identiteit niet verstevigt maar beweegt, en waarin onze respons de relatie zelf verandert. Relationele taal verandert vragen als "wie wil ik worden?" maar "wat kan ik voor de wereld betekenen met de talenten die ik gekregen heb? wat kan ik de wereld inzenden? of wat heeft de wereld nodig? wat vraagt de wereld?. "
I AM THE RIVER, THE RIVER IS ME

Deze film is een oproep om waardesystemen ten aanzien van natuur en gemeenschap te herzien in het belang van al het toekomstig leven op aarde. Uit hun manifest "In het belang van toekomstige menselijke en niet-menselijke generaties is het tijd voor een nieuwe, natuur-inclusieve democratie, een nieuw verhaal waarin niet-menselijke levensvormen effectief worden vertegenwoordigd. Wij geloven dat de film I Am The River, The River is Me kan helpen bij het aannemen van milieuwetten en het valideren van het werk van natuurrechtenactivisten, beleidsmakers, politici en ngo's: om eenheid te creëren, een verandering in waarden teweeg te brengen en bij te dragen aan het begrip van het belang van inheemse en lokale kennis voor een duurzame relatie met aquatische ecosystemen."
IDG als ontwikkelingskompas of reflectietool

Het inner development goals framework kan je als een sturingskompas of reflectie-instrument inzetten, zowel op persoonlijk, team of organisatieniveau. Interessante tools zijn IDG conversation starters, reflectie via IDG Roulette, het maken van een IDG kompas.

Als je IDG's verbindt met interbeing en regeneratie, kom je tot de notie van innerlijke bloei als het proces waarbij je van binnenuit open bloeit tot een mens die geworteld is in verbinding (INTERBEING), met morele helderheid en systeemdenken de wereld bekijkt (THINKING), diepgaande wederkerige relaties voedt (RELATING), co-creatief samenwerkt (COLLABORATING), en handelt vanuit potentieel op een manier die leven herstelt en versterkt (ACTING from interbeing). Innerlijke bloei is geen lineair groeipad maar een circulaire, regeneratieve reis, waarin je zelf én je omgeving gelijktijdig tot bloei komen. Het framework vul je dan specifiek in:
• BEING – Innerlijk fundament en aanwezigheid: Weten wie je bent, verbonden met je waarden, en aanwezig in het moment. Bloei vraagt een worteling in stilte en zelfkennis.
• THINKING – Bewust en systemisch denken: Inzien dat alles samenhangt en dat oplossingen meerdere perspectieven omarmen. Innerlijke bloei vraagt een denkkader dat voorbij eigenbelang gaat.
• RELATING – Verbinding met anderen en de natuur: Empathie en compassie vormen de voedingsbodem voor relaties die wederkerig zijn.
• COLLABORATING – Samenwerking als co-creatie: Niet enkel taken verdelen, maar synergie creëren waarbij ieders talent tot zijn recht komt.
• ACTING – Handelen vanuit interbeing: Daden die niet louter efficiënt of winstgericht zijn, maar regeneratief — voedend voor mensen, gemeenschappen en ecosystemen.






INNER DEVELOPMENT GOALS

De initiatiefnemers van het IDG project, een groep academici en business leaders in Zweden, gingen op zoek naar de blinde vlek in ons tekortschieten in het realiseren van de duurzaamheidsdoelstellingen. Na onderzoek concludeerden ze dat het ons ontbreekt aan de vaardigheden die nodig zijn om de complexiteit van de SDG's aan te pakken. Het IDG-initiatief stelt dat we cognitieve vaardigheden moeten onderbouwen met andere, meer persoonlijke dimensies zoals: emoties, waarden, wereldbeeld en relaties. Het IDG-framework omvat vijf dimensies die in totaal 23 vaardigheden omvatten:
- zijn: gericht op de relatie met onszelf. Werken aan zelfbewustzijn, aanwezig zijn, authenticiteit, leergierigheid en het definiëren van waarden als een kompas voor actie.
-denken: cognitieve vaardigheden zoals kritisch denken, langetermijnvisie, verschillende perspectieven aanwenden en werken met complexiteit en patronen.
-verbinden: waardering, nederigheid en empathie ontwikkelen en verbinding maken met anderen.
-samenwerken: sterkere relaties en vertrouwen opbouwen, diversiteit omarmen, communicatie en co-creatie aanmoedigen en mensen mobiliseren.
-handelen: actie ondernemen, optimisme en creativiteit stimuleren, durven opkomen voor overtuigingen en dat volhouden, zelfs in moeilijke tijden.

EMOTIONELE VERSTRIKKING
(Marjorieke Glaudemans, 2024)

Tussen waarnemen en reageren ligt een stille ruimte.
Daar woont de waarde achter je emotie.
Als je haar niet achterna rent maar haar zacht vasthoudt,
verandert ze van eigenbelang in een brug naar de ander.
Zo onthult ze de gedeelde waardigheid van inter-zijn.

Emoties ontstaan wanneer we geraakt worden door mensen of gebeurtenissen buiten onze controle. Ze tonen de wereld door de lens van ons eigenbelang. Onze rechterhersenhelft voelt, onze linkerhersenhelft maakt er een verhaal van — een verhaal dat we dikwijls herhalen en dat kan uitgroeien tot overtuiging of identiteit. Zo creëren we emotionele scripts die ons vastzetten en situaties vertekenen. De sleutel voor Glaudemans is het herkennen van het emotioneel script: stilstaan bij de emotie, onderzoeken, ruimte maken. In die ruimte kan de waarde achter de emotie zichtbaar worden, in plaats van dat de emotie ons meesleept. Het is zaak om tijd te maken om ons emotioneel script te doorzien of om ‘met de emotie te zitten. Lichamelijke reacties als een knoop in de borst, verkramping wijzen erop dat er iets van waarde op het spel staat. Net via het lichamelijk weten kan je volgens filosoof en psychotherapeut Eugine Gendlin op zoek gaan naar een felt sense (lichamelijk gevoelde zin) om de emotionele knoop te ontwarren.


LEVENSKUNST

Foucault zag levenskunst als het vormgeven van het eigen bestaan tot een kunstwerk, en zelfzorg als een praktijk van zelfkennis, reflectie en morele cultivatie. Niet uit narcisme, maar als ethische houding: wie goed voor zichzelf zorgt, kan beter voor anderen en de wereld zorgen.

In het licht van interbeing krijgt dit een bredere, relationele dimensie. Het ‘zelf’ is geen eiland maar een knooppunt in een levend web. Zelfzorg wordt zo ook zorg voor aarde, gemeenschap en toekomstige generaties. Levenskunst is dan het harmoniseren van ons handelen met de stroom van het leven waarin we ingebed zijn.

Hierbij speelt intieme verhouding en aandacht een sleutelrol. Zoals bij het oliën van hout: aandacht voor de nerven verbindt ons met de boom, met schoonheid, met het leven zelf, met het heilige in het wereldse. Hetzelfde geldt voor het verzorgen van een tuin of van ons eigen lichaam en geest — zorg wordt een ritueel van verbondenheid.

Beuys voegt daar de dimensie van sociale sculptuur aan toe: het idee dat iedereen een kunstenaar is en dat ons leven en handelen deel zijn van één groot collectief kunstwerk. In die zin is elke daad van zorg, aandacht of regeneratie een artistieke ingreep in het weefsel van de samenleving. Dit doen we niet alleen voor onszelf of voor de mensen om ons heen, maar ook voor alle ongeboren kinderen die in ons aanwezig zijn — de mogelijkheden, dromen en toekomsten die nog vorm moeten krijgen.

Zo wordt Foucault’s levenskunst, in dialoog met Beuys, een kunst van relationeel leven: intieme aandacht voor het kleine en tastbare, in dienst van het grote geheel — een sociale sculptuur waarin het heilige en het alledaagse samenvallen.
DIALOGICAL ART
(Building Conversation, 2022)

Building Conversation is een platform voor dialogical art, dat zich toelegt op de ontmoeting tussen kunst, gesprek en samenleving. Het is hun missie om mensen te activeren de eigen gesprekscultuur als een kunstenaar tegemoet te treden. Ze dagen mensen uit de reflectie op en vormgeving van de manier waarop we met elkaar spreken zelf in handen te nemen. Strevend naar een bewuste deelname aan het gesprek in een dynamische sociale structuur met oog voor alle levende wezens met wie we samenleven.

Gespreksvormen als het parlement van de dingen, het onmogelijk gesprek en timeloop helpen om aan heldere en onverschrokken reflectie op de plek die we innemen; ten opzichte van elkaar, in de wereld te nemen. "The way we speak influences the future we create".
GEBAREN VOOR WEDERKERIGHEID
(Horemans, 2025) (Kempenkabinet, 2024)

In elk praktijkgericht of locatiespecifiek ontwerpproject kan een diepere verbondenheid ontstaan met de plek en met de meer-dan-menselijke actoren die er leven. Hoe kun je je persoonlijke, belichaamde relatie met deze locatie versterken? Welke andere levensvormen, elementen of krachten kan je betrekken in je ontwerp?

Breg Horemans van kunstencollectief TAAT en Kempenkabinet ontwikkelden performatieve gebaren die lichaam en omgeving zacht met elkaar verweven. Zo verdiept ons bewustzijn zich, en handelen we met meer aandacht en betekenis.

HET LEGE MIDDEN

De term 'Het lege midden' is een term uit de systeempsychologie geïntroduceerd door Bert Hellinger. Het Lege Midden is de plek in jezelf van 'zijn', zonder oordelen. Het is de plek van waaruit alles mogelijk is en onderzocht kan worden. Vanuit het lege midden accepteer je bij voorbaat alle uitkomsten. Systemisch werken benadrukt dat naast rationeel denken ook intuïtie, ervaring en fysieke signalen essentieel zijn om de verborgen lagen van een systeem te begrijpen.

Angela Stoof ziet het lege midden als vertrekpunt van transitie. "Hoopvol handelen gaat weliswaar over handelen, maar heeft een kern van niet-handelen, niet-doen, niets-doen en inactiviteit. Het lege midden is dat deel van de bloembol waarover we geen controle hebben en wat aan ons kenvermogen ontsnapt, maar wel de basis vormt voor bijvoorbeeld innovatie, creativiteit, vitaliteit, inzicht en verbinding."




RAKE EN SCHONE VRAGEN
(Bakker, 2018) (Clean Language, 2023)

Siets Bakker, pionier in toegepast systemisch werk, ontwikkelde rake vragen die beweging brengen in wat vastzit in een systeem. Daarbij is de intentie en kwaliteit van aanwezigheid van de vragensteller belangrijk als een goede bedding voor het antwoord. Rake vragen zijn leeg (uitnodigend), van en voor de ander, direct, verwijzen naar het onbekende (plaatsen het systeem in context), hoeven niets op te lossen (onderzoekend), leiden tot uitzoomen, nooit inzoomen, stellen een ander perspectief voor.

Schone vragen of Clean Questions trachten verstoppingen in een systeem te ontwarren door het probleem te doen omschrijven als metafoor en via vragen die de metafoor concreet maken, ontstaat inzicht in het probleem. Schone en rake vragen laten als spiegel een reflectie toe, zonder zelf het antwoord in te vullen.